De overeenkomst
Bancorama 2000 nummer 1 Dinsdag 15 Februari 2000Ze moet ergens in de vijftig zijn, maar ze doet flink haar best om jonger te lijken. Ze geeft kapitalen uit aan schoonheidsproducten en ze heeft inmiddels haar eerste facelift ondergaan. Natuurlijk geeft ze ook veel geld uit aan kleding. Van een duur merk, uiteraard. Want dure merkkleding is voor haar een statussymbool en statussymbolen vindt ze belangrijk.
Ze leidt een druk leven, want ze heeft bestuursfuncties in allerlei verenigingen en stichtingen. En ze bezoekt samen met haar man regelmatig concerten, musea, exposities enzovoort. Tussendoor zijn er verre vakantiereizen, want ook een dure vakantie ziet ze als een onmisbaar statussymbool.Ze vindt trouwens dat zij en haar man ook wel recht hebben op dure vakanties. Haar man werkt immers zo hard om aan al haar wensen te kunnen voldoen, en zij zit met al die bestuursfuncties toch ook niet stil. Ze is rijk en verwend, en ze is ook wel een beetje een snob. Laatst raakte ze bijvoorbeeld van slag toen ze tijdens een Beethovenconcert ontdekte dat haar schoonmaakster een paar stoelen verder zat. Ze liet het natuurlijk niet merken, maar ze vond het eigenlijk ongehoord dat iemand uit zo'n "ander milieu" hetzelfde concert bezocht als zij. Nog erger was trouwens toen later bleek dat haar hulp veel meer van Beethovens oeuvre afwist dan zijzelf. Achter haar rug wordt ze wel eens Hyacint genoemd, naar mevrouw Bucket, pardon mevrouw "Bouquee" uit Schone Schijn. Ze oogt trouwens wel een stuk jonger dan Hyacint. Alleen is haar haar te blond, haar rok te kort en draagt ze teveel sieraden. Ze is namelijk dol op opsmuk. Nu staat ze voor de etalage van een juwelier en kijkt begerig naar de uitgestalde pracht en praal. Ze houdt vooral van goud. Want goud is voor haar een belangrijk statussymbool.
Naast haar staat een jongen van een jaar of zestien. Ook hij staart geobsedeerd naar het goud. Vorig jaar woonde de jongen nog in Afrika. In zo'n land waar de strijd om te overleven nooit uitgewoed lijkt. Ze hadden vrijwel niets, daar in zijn dorp. Maar in het dorpshuis stond wel een televisietoestel. En als dat ding het deed, keek iedereen 's avonds naar uitzendingen die vooral uit het rijke Europa kwamen. Wat een paradijselijk oord was dat, dat Europa. Het geld kwam er zomaar uit de muur! Het dorpshoofd kreeg een idee. Iemand van hen moest naar Europa. Daar veel geld verdienen, en mettertijd als rijk man terugkeren, zodat het dorp uit de sores was. Iedereen legde botje bij botje totdat het geld voor de reis er was. Toen werd het slimste jongetje van het dorp uitgezocht en naar Europa gestuurd.
Op een waterkoude dag arriveerde hij in een korte broek en met teenslippers aan op Schiphol. Ze noemden hem een ama. Een alleenstaande minderjarige asielzoeker. In het asielzoekerscentrum ontmoette hij meer jongens uit zijn land. Ook zij waren hiernaar toe gestuurd door hun dorpsgenoten, met de opdracht rijk te worden. De cultuurschok was groot. En er was de taalbarrière, de kou, de eenzaamheid. Hij miste zijn land, de zon, de natuur en vooral zijn familie. Na een poosje mocht hij het asielzoekerscentrum verlaten. Nu woont hij in een gewoon huis, samen met drie andere ama's. Met een begeleider gaat hij op een dag naar een tweedehands kledingzaak, en daar koopt hij een paar nog goede Nikes en een Adidasjack. Zijn dag kan niet meer stuk. Want merkkleding, al is het tweedehands, betekent een statussymbool, en statussymbolen zijn belangrijk voor hem. Misschien wel net zo belangrijk als familie-eer. Hij is bijna ziek van heimwee, maar hij kan niet zonder geld terug naar zijn land. Want dan heeft hij gefaald en is de eer van hem en zijn familie geschonden. Nu hij een poosje in Nederland is twijfelt hij aan het succes van zijn missie. Maar hij moet het proberen en hij doet zijn best door om te beginnen Nederlands te leren en de Nederlandse cultuur te bestuderen. Hij gaat vaak de stad in. Zoals vandaag. Nu staat hij voor het etalageraam van een juwelier en kijkt vol bewondering naar de uitgestalde pracht en praal. Zijn grote droom is om ooit met een rugzak vol gouden sieraden naar zijn dorp terug te keren.
De vrouw die naast hem staat stapt tenslotte de winkel in. En hij gaat naar de markt. Waar hij van zijn laatste zakgeld een ketting koopt van nepgoud. Want al is het namaak, goud is voor hem een belangrijk statussymbool.
Dini Commandeur