Van domme pech en veel geluk (1)
Zondag 11 Oktober 2020 Dit verhaal over pech en geluk begint als volgt: ik zit gezellig in de kamer, in gesprek met mijn echtgenoot. Maar hij verstaat mij niet.
Hij zegt dat ik vreemd praat, aan het brabbelen ben. Ik begrijp dat niet. Wat is er mis met mijn spraak? Maar dan zie ik de schrik in zijn ogen. Omdat het helemáál niet goed gaat. En ineens is er een ambulance die me naar het ziekenhuis rijdt, waar een medisch team al klaar staat. Er wordt van alles gedaan wat ik niet begrijp. Niets dringt goed tot me door. Er worden CT scans gemaakt, dat merk ik wel. En ik krijg een grote dosis bloedverdunners, dat merk ik weer niet. De bloedverdunners doen snel hun werk, ik kan weer wat beter praten en dat valt me ook zelf op. Er is, zo begrijp ik na een poosje, ergens in mijn hoofd een stolseltje met de bloedstroom meegelift. Een klein klontje dat besloot om zich te settelen in het taal- en spraakgebied van mijn brein. Gelukkig zorgden de bloedverdunners ervoor dat het klontje oploste en mijn spraak weer terug kwam. Als ik na een poosje naar de zaal wordt gereden, ontstaat er door die bloedverdunners nog een enorme bloeding in de neus, waardoor de Eerste Hulp arts nog een noodingreep moet doen.
De volgende dag komt de zaalarts nog eens uitleggen wat een herseninfarct precies inhoudt, en wat er is gebeurd. De oorzaak van het infarct is niet bekend, zegt hij. Het kan door hartritmestoornissen komen, of door mijn iets te hoge bloeddruk of cholesterolwaarde. Maar het kan ook domme pech zijn. De KNO arts, die aan het eind van de middag mijn neus weer tiptop in orde maakt, vindt dat ik geluk heb gehad. Ik ben er immers goed doorheen gekomen. “En een mens mag ook wel eens geluk hebben,” vindt hij. En geluk, dat heb ik gehad. gekomen. Dankzij het snelle handelen van mijn echtgenoot die meteen de Dokterswacht belde toen hij merkte dat er iets mis was. En door het deskundig medisch team dat al klaar stond toen ik op de Spoedeisende Hulp arriveerde.
De oorzaak van het herseninfarct is dus niet bekend. Misschien was het inderdaad domme pech, maar voor mij was het uiteindelijk vooral een kwestie van veel geluk. Want ik kan het verhaal zonder haperen navertellen.