Ik herinner me
Koude winterdagen Vrijdag 11 Januari 2013 Sinds een week doe ik mee aan de 'schrijfuitdaging' van de auteur en columniste Geertje Couwenbergh. Elke dag stuurt ze aan de deelnemers een onderwerp om over te schrijven. Een kort stukje en het schrijven mag niet langer dan tien minuten duren. Een van de onderwerpen van vorige week was: 'Ik herinner me' . Hieronder mijn bijdrage: De koude winters van vroeger.
Ik herinner me
De
winters van vroeger. IJsbloemen op de slaapkamerramen. Mijn moeder op
haar knieën voor de kachel in de kamer. Ze probeerde de kachel te laten
branden, maar in eerste instantie lukte dat niet. Mijn vader was al naar
het werk, en kon het dus niet van haar overnemen. Maar uiteindelijk
brandde de kachel toch, en ook het bevroren keukenkraantje werd
ontdooid. Wij kregen onze boterhammen en thee met melk en gingen na het
ontbijt in de snijdende kou naar school.
Koude winters bestonden in
die tijd dus nog. Ik herinner me ook de winter van 1963. Op
nieuwsjaarochtend lopend naar oma. Maar omdat het zo koud was, mochten
wij kinderen met de bus weer terug naar huis. Die winter van 1963. Ik
was tien jaar, en we demonstreerden op het schoolplein: ‘IJsvrij! Anders
staken wij!’ Ik marcheerde dapper mee, terwijl ik niet van het ijs
hield, en erg slecht tegen de kou kon. En toen, op 18 januari 1963 werd
de twaalfde Elfstedentocht gehouden. Hoewel wij in Leeuwarden woonden,
is die dag toch een beetje langs me heen gegaan. We hadden geen tv, ik
heb toen dus geen beelden van de tocht gezien. Maar in de jaren daarna,
toen we wel een televisie hadden, heb ik alsnog die beelden vaak
kunnen bekijken. En de latere Elfstedentochten gelukkig wél bewust
meegemaakt. Met logees uit Noord-Holland die een van die tochten hadden
uitgereden. “Dat was eens maar nooit weer”, zeiden ze uitgeput.
Zou het er ooit nog eens van komen? Zo’n barre Elfstedentocht van zestig jaar geleden?
(Foto:Pixabay)